Dubbelzien (diplopie)

Dubbelzien (diplopie) is het tegelijkertijd zien van twee identieke beelden.

Binoculair dubbelzien

De meest voorkomende oorzaak van dubbelzien is een plotse fout in de samenwerking tussen de ogen (= binoculair probleem). De ogen zijn niet meer op hetzelfde punt gericht. Een tweede beeld wordt waargenomen links, rechts, boven, onder of schuin ten opzichte van het goede beeld.
Waar dit beeld zich bevindt, is afhankelijk van de richting waarin het ‘schele’ oog kijkt.

Een (jong) kind dat plots scheelkijkt, kan soms tekenen van dubbelzien vertonen:

  • het kind sluit geregeld één oog
  • het kind grijpt naast voorwerpen
  • zeer jonge kinderen houden hun knuffel steeds voor één oog

Er zijn verschillende behandelingen van binoculair dubbelzien:

  • Optimale brilaanpassing kan soms het binoculair evenwicht verbeteren.
  • Prisma’s verplaatsen het dubbele beeld zodat bij kijken met beide ogen opnieuw één enkel beeld wordt waargenomen.
    • kleefprismaKleefprisma, kan op maat van het brillenglas geknipt worden. De sterkte en as van de prisma wordt aangepast aan de scheelzienshoek. Een kleefprisma is meestal een tijdelijke oplossing. Soms treedt spontaan herstel op en kan de prisma in sterkte afgebouwd worden.
    • Prismasterkte inslijpen in de brillenglazen is mogelijk wanneer de situatie gestabiliseerd is.
  • Oogspieroperatie is aangewezen wanneer de noodzakelijke prismasterkte te hoog is of als het dubbelzien fel varieert naargelang de blikrichting. Soms is er na de chirurgie nog een lichte prismasterkte noodzakelijk.

Monoculair dubbelzien

Men kan ook dubbelzien met één oog open (monoculair dubbelzien), bijvoorbeeld door cataract, netvliespathologie, … De oorzaak van monoculair dubbelzien moet steeds door een oogarts worden opgespoord.